Sikkel en schellenboom
Over deze
(link) wat curieuze vorm van een rammelaar die niet erg kindvriendelijk oogt, schreef Keijser in zijn ‘Kleine Kultuurgeschiedenis van de rammelaar’: ‘Een andere ontwikkeling van de vorm manifesteert zich in de schellenboom (!) die ingang vond bij de militaire muziekkorpsen in de Europese landen en later ook bij niet-militaire harmonieën. Hier is de rammelaar, door de halve maan, duidelijk als schellenboom te herkennen. (De halve maan heeft in de wereld van de Islam ongeveer dezelfde betekenis als het kruis in de christelijke wereld). Nadat men de Turken in de 18e eeuw voor goed had teruggedreven, vond men onder de oorlogsbuit ook schellenbomen en koperen blaasinstrumenten. Ze werden overgenomen in de militaire muziekkorpsen en men nam de vorm over voor de rammelaar.’
Rammelaars in deze vorm zijn meestal afkomstig uit Duitsland, maar werden ook wel in Nederland gemaakt. Een politieke betekenis kan er niet aan worden toegekend. Wel werd het fraaie effect van de geluid makende schellenboom – heden ten dage nog steeds in gebruik bij militaire muziekkorpsen maar ook bij fanfarekorpsen – onderkend door zilversmeden en door hen met succes geminiaturiseerd tot rammelaar.
De verzameling heeft verscheidene rammelaars in deze vorm, waaronder ook een met de Turkse halvemaan. Ook voegde Keijser, die wel vaker voorwerpen verzamelde die geen rammelaars waren maar wel een van zijn theorieën ondersteunden, een echte Franse militaire schellenboom toe aan zijn verzameling. Zijn voorliefde voor deze theorie blijkt ook uit het feit dat hij een schellenboom van de Amsterdamse Amstel Harmonie Kapel afbeeldde op de achterzijde van de tentoonstellingscatalogus uit 1958 in het Museum Willet- Holthuysen. Ook in de inleiding van deze catalogus vermeldt hij de connectie schellenboom-rammelaar, wat doet vermoeden dat hij zichzelf beschouwde als de eerste die dit verband had gelegd. • Charlotte van Rappard