Verguisde stijlenHistoriserende stijlen zijn lange tijd verguisd, maar een van de leuke aspecten van de kunst van de negentiende eeuw is de belangstelling voor het verleden en de manier waarop deze werd verwerkt. Het Europese verleden werd vaak beschouwd als een bijna exotische inspiratiebron, waar motieven en elementen uit verschillende perioden in een vrije associatie met elkaar werden verbonden. De waardering voor die soms ongebreidelde creativiteit is pas van recente datum.
De rammelaar met de twee gespiegelde roofvogels is een voorbeeld van die belangstelling voor het verleden. Onderdelen herinneren aan de gotiek. De slingerende ranken echoën een spitsboog en ook de pijnappels zijn middeleeuwse elementen. De vogels zelf zijn een fantasie want de koppen en poten zijn die van een adelaar, maar de staart doet meer denken aan een papegaai. Een leuk detail is dat ze gespiegeld zijn: de rechter vogel heeft zijn rug gedraaid naar de beschouwer en de linker vogel draait zich met de borst naar voren.
Zowel het vrije gebruik van motieven uit het verleden als de combinatie met een woekerende vegetatie ontmoetten vanaf de jaren 1860 steeds meer weerstand. Verschillende Duitse en Oostenrijkse ontwerpers en architecten ontwikkelden een alternatief dat op de wereldtentoonstellingen in Wenen in 1873 en in Amsterdam in 1876 krachtig voor het voetlicht werd gebracht. De renaissance vormde het uitgangspunt voor deze nieuwe vormentaal en de populariteit van neorenaissance groeide snel. De rammelaar is een van de zeldzame voorbeelden daarvan in zilver en laat zien hoe dat in de praktijk uitwerkte.66 Het model is het resultaat van de nieuwe technieken die in de Centraal Europese fabrieken op grote schaal werden toegepast (zie
inv. nr 0206 en
inv nr 0207). Alleen de verdiepte ribben en de klampen waarmee de assen worden gemarkeerd, herinneren aan de renaissance. De keuze voor roofvogels voor een stuk speelgoed zoals een rammelaar zou tegenwoordig niet meer zo snel gemaaktworden. •
Rebecca Roskam